Kur'an-ı Kerim meal tercümesi - Hollandaca Tercüme - Rowad Tercüme Merkezi

Sayfa numarası:close

external-link copy
6 : 2

إِنَّ ٱلَّذِينَ كَفَرُواْ سَوَآءٌ عَلَيۡهِمۡ ءَأَنذَرۡتَهُمۡ أَمۡ لَمۡ تُنذِرۡهُمۡ لَا يُؤۡمِنُونَ

6. Waarlijk, voor degenen die ongelovig zijn maakt het niet uit of jij ze al dan niet waarschuwt: ze zullen toch niet geloven. info
التفاسير:

external-link copy
7 : 2

خَتَمَ ٱللَّهُ عَلَىٰ قُلُوبِهِمۡ وَعَلَىٰ سَمۡعِهِمۡۖ وَعَلَىٰٓ أَبۡصَٰرِهِمۡ غِشَٰوَةٞۖ وَلَهُمۡ عَذَابٌ عَظِيمٞ

7. Allah heeft een zegel op hun harten en op hun gehoor geplaatst en over hun gehoor en over hun ogen is er een bedekking. Hun zal een grote bestraffing ten deel vallen. info
التفاسير:

external-link copy
8 : 2

وَمِنَ ٱلنَّاسِ مَن يَقُولُ ءَامَنَّا بِٱللَّهِ وَبِٱلۡيَوۡمِ ٱلۡأٓخِرِ وَمَا هُم بِمُؤۡمِنِينَ

8. En in de mensheid zijn een aantal die zeggen: “Wij geloven in Allah en de laatste dag” terwijl zij daar eigenlijk niet in geloven. info
التفاسير:

external-link copy
9 : 2

يُخَٰدِعُونَ ٱللَّهَ وَٱلَّذِينَ ءَامَنُواْ وَمَا يَخۡدَعُونَ إِلَّآ أَنفُسَهُمۡ وَمَا يَشۡعُرُونَ

9. Zij (denken) dat zij Allah en degenen die geloven bedriegen, terwijl zij slechts zichzelf bedriegen en zij beseffen (het) niet. info
التفاسير:

external-link copy
10 : 2

فِي قُلُوبِهِم مَّرَضٞ فَزَادَهُمُ ٱللَّهُ مَرَضٗاۖ وَلَهُمۡ عَذَابٌ أَلِيمُۢ بِمَا كَانُواْ يَكۡذِبُونَ

10. In hun harten is een ziekte en Allah heeft de ziekte doen toenemen. En er is voor hen een pijnlijke bestraffing, vanwege wat zij plachten te loochenen. info
التفاسير:

external-link copy
11 : 2

وَإِذَا قِيلَ لَهُمۡ لَا تُفۡسِدُواْ فِي ٱلۡأَرۡضِ قَالُوٓاْ إِنَّمَا نَحۡنُ مُصۡلِحُونَ

11. En wanneer er tegen hen gezegd werd: "Zaai geen verderf op aarde", dan zeggen zij: "Wij zijn slechts vredestichters." info
التفاسير:

external-link copy
12 : 2

أَلَآ إِنَّهُمۡ هُمُ ٱلۡمُفۡسِدُونَ وَلَٰكِن لَّا يَشۡعُرُونَ

12. Waarlijk! Zij zijn degenen die verderf zaaien maar zij beseffen het niet. info
التفاسير:

external-link copy
13 : 2

وَإِذَا قِيلَ لَهُمۡ ءَامِنُواْ كَمَآ ءَامَنَ ٱلنَّاسُ قَالُوٓاْ أَنُؤۡمِنُ كَمَآ ءَامَنَ ٱلسُّفَهَآءُۗ أَلَآ إِنَّهُمۡ هُمُ ٱلسُّفَهَآءُ وَلَٰكِن لَّا يَعۡلَمُونَ

13. En wanneer tot hen gezegd wordt: “Geloof zoals de mens geloofd heeft,” zeggen zij: “Moeten wij geloven zoals die dwazen geloofd hebben?” Waarlijk, zij zijn de dwazen, maar zij weten het niet. info
التفاسير:

external-link copy
14 : 2

وَإِذَا لَقُواْ ٱلَّذِينَ ءَامَنُواْ قَالُوٓاْ ءَامَنَّا وَإِذَا خَلَوۡاْ إِلَىٰ شَيَٰطِينِهِمۡ قَالُوٓاْ إِنَّا مَعَكُمۡ إِنَّمَا نَحۡنُ مُسۡتَهۡزِءُونَ

14. En als ze gelovigen tegenkomen, zeggen zij: “Wij geloven,” maar als zij alleen zijn met hun duivels zeggen zij: “Waarlijk wij behoren bij jullie, waarlijk, wij spotten slechts.” info
التفاسير:

external-link copy
15 : 2

ٱللَّهُ يَسۡتَهۡزِئُ بِهِمۡ وَيَمُدُّهُمۡ فِي طُغۡيَٰنِهِمۡ يَعۡمَهُونَ

15. Allah spot met hen en laat hun in hun overtredingen(vermeerderd) blind rondlopen. info
التفاسير:

external-link copy
16 : 2

أُوْلَٰٓئِكَ ٱلَّذِينَ ٱشۡتَرَوُاْ ٱلضَّلَٰلَةَ بِٱلۡهُدَىٰ فَمَا رَبِحَت تِّجَٰرَتُهُمۡ وَمَا كَانُواْ مُهۡتَدِينَ

16. Zij zijn degenen die het kwaad voor leiding hebben gekocht: hun handel is dus zonder winst. En zij zijn niet geleid. info
التفاسير: