وه‌رگێڕانی ماناكانی قورئانی پیرۆز - وەرگێڕاوی هۆڵەندی - ناوەندی ڕواد بۆ وەرگێڕان

ژمارەی پەڕە:close

external-link copy
77 : 37

وَجَعَلۡنَا ذُرِّيَّتَهُۥ هُمُ ٱلۡبَاقِينَ

77. En zijn nageslacht maakten Wij tot overlevenden. info
التفاسير:

external-link copy
78 : 37

وَتَرَكۡنَا عَلَيۡهِ فِي ٱلۡأٓخِرِينَ

78. En lieten voor hen (een goede herinnering) achter onder de komende generaties van latere tijd; info
التفاسير:

external-link copy
79 : 37

سَلَٰمٌ عَلَىٰ نُوحٖ فِي ٱلۡعَٰلَمِينَ

79. Vrede zij met jou Noeh onder de werelden”. info
التفاسير:

external-link copy
80 : 37

إِنَّا كَذَٰلِكَ نَجۡزِي ٱلۡمُحۡسِنِينَ

80. Waarlijk, dus belonen Wij de weldoeners. info
التفاسير:

external-link copy
81 : 37

إِنَّهُۥ مِنۡ عِبَادِنَا ٱلۡمُؤۡمِنِينَ

81. Waarlijk, hij is één van Onze gelovende dienaren. info
التفاسير:

external-link copy
82 : 37

ثُمَّ أَغۡرَقۡنَا ٱلۡأٓخَرِينَ

82. Toen verdronken Wij de anderen. info
التفاسير:

external-link copy
83 : 37

۞ وَإِنَّ مِن شِيعَتِهِۦ لَإِبۡرَٰهِيمَ

83. En waarlijk, onder degenen die zijn weg volgden was Ibraahiem. info
التفاسير:

external-link copy
84 : 37

إِذۡ جَآءَ رَبَّهُۥ بِقَلۡبٖ سَلِيمٍ

84. Toen hij met een zuiver hart tot zijn Heer kwam. info
التفاسير:

external-link copy
85 : 37

إِذۡ قَالَ لِأَبِيهِ وَقَوۡمِهِۦ مَاذَا تَعۡبُدُونَ

85. Toen hij tegen zijn vader en zijn volk zei: “Wat is dat wat jullie aanbidden?” info
التفاسير:

external-link copy
86 : 37

أَئِفۡكًا ءَالِهَةٗ دُونَ ٱللَّهِ تُرِيدُونَ

86. Is het een leugen – andere goden dan Allah – die jullie zoeken? info
التفاسير:

external-link copy
87 : 37

فَمَا ظَنُّكُم بِرَبِّ ٱلۡعَٰلَمِينَ

87. Wat denken jullie dan over de Heer van de werelden?” info
التفاسير:

external-link copy
88 : 37

فَنَظَرَ نَظۡرَةٗ فِي ٱلنُّجُومِ

88. Toen wierp hij de blik op de sterren. info
التفاسير:

external-link copy
89 : 37

فَقَالَ إِنِّي سَقِيمٞ

89. En hij zei: “Waarlijk, ik ben ziek.” info
التفاسير:

external-link copy
90 : 37

فَتَوَلَّوۡاْ عَنۡهُ مُدۡبِرِينَ

90. Dus keerden zij zich van hem af, en verlieten (hem). info
التفاسير:

external-link copy
91 : 37

فَرَاغَ إِلَىٰٓ ءَالِهَتِهِمۡ فَقَالَ أَلَا تَأۡكُلُونَ

91. Toen wendde hij zich tot hun valse goden en zei: “Eten jullie niet? info
التفاسير:

external-link copy
92 : 37

مَا لَكُمۡ لَا تَنطِقُونَ

92. Wat scheelt jullie dat jullie niet spreken?” info
التفاسير:

external-link copy
93 : 37

فَرَاغَ عَلَيۡهِمۡ ضَرۡبَۢا بِٱلۡيَمِينِ

93. Toen keerde hij zich tot hen en sloeg (hen) met (zijn) rechterhand. info
التفاسير:

external-link copy
94 : 37

فَأَقۡبَلُوٓاْ إِلَيۡهِ يَزِفُّونَ

94. Toen kwamen zij (de afgodenaanbidders) naar hem toe haastten. info
التفاسير:

external-link copy
95 : 37

قَالَ أَتَعۡبُدُونَ مَا تَنۡحِتُونَ

95. Hij zei: “Aanbidden jullie dat wat jullie (zelf) hebben uitgesneden? info
التفاسير:

external-link copy
96 : 37

وَٱللَّهُ خَلَقَكُمۡ وَمَا تَعۡمَلُونَ

96. Terwijl Allah jullie en wat jullie doen, heeft geschapen!” info
التفاسير:

external-link copy
97 : 37

قَالُواْ ٱبۡنُواْ لَهُۥ بُنۡيَٰنٗا فَأَلۡقُوهُ فِي ٱلۡجَحِيمِ

97. Zij zeiden: “Maak een brandstapel voor hen en gooi hem in het laaiende vuur!” info
التفاسير:

external-link copy
98 : 37

فَأَرَادُواْ بِهِۦ كَيۡدٗا فَجَعَلۡنَٰهُمُ ٱلۡأَسۡفَلِينَ

98. Zo smeedden zij een plan tegen hem, maar Wij maakten hen tot de laagsten. info
التفاسير:

external-link copy
99 : 37

وَقَالَ إِنِّي ذَاهِبٌ إِلَىٰ رَبِّي سَيَهۡدِينِ

99. En hij(Ibraahiem)zei: “Waarlijk, ik ga naar mijn Heer. Hij zal mij leiden! info
التفاسير:

external-link copy
100 : 37

رَبِّ هَبۡ لِي مِنَ ٱلصَّٰلِحِينَ

100. Mijn Heer! Geef mij (nageslacht) van de rechtvaardigen.” info
التفاسير:

external-link copy
101 : 37

فَبَشَّرۡنَٰهُ بِغُلَٰمٍ حَلِيمٖ

101. Dus gaven Wij hem het goede nieuws van een verdraagzame jongen (Ismaiel). info
التفاسير:

external-link copy
102 : 37

فَلَمَّا بَلَغَ مَعَهُ ٱلسَّعۡيَ قَالَ يَٰبُنَيَّ إِنِّيٓ أَرَىٰ فِي ٱلۡمَنَامِ أَنِّيٓ أَذۡبَحُكَ فَٱنظُرۡ مَاذَا تَرَىٰۚ قَالَ يَٰٓأَبَتِ ٱفۡعَلۡ مَا تُؤۡمَرُۖ سَتَجِدُنِيٓ إِن شَآءَ ٱللَّهُ مِنَ ٱلصَّٰبِرِينَ

102. En toen hij oud genoeg was om samen met hem eropuit te trekken (de kost te winnen), zei hij: “O mijn zoon! Ik heb een droom gezien dat ik jou slacht wat denk jij daarvan!” Hij zei: “O mijn vader! Doe wat jou bevolen is als Allah het wil, zul jij mij onder de geduldigen vinden.” info
التفاسير: