ߞߎ߬ߙߣߊ߬ ߞߟߊߒߞߋ ߞߘߐ ߟߎ߬ ߘߟߊߡߌߘߊ - ߤߏߟߊ߲ߘߌߞߊ ߘߟߊߡߌߘߊ - ߙߎ߬ߥߊ߯ߘߎ-ߕߊ߬ߙߑߖߡߊ ߝߊ߲ߓߊ

ߞߐߜߍ ߝߙߍߕߍ:close

external-link copy
123 : 9

يَٰٓأَيُّهَا ٱلَّذِينَ ءَامَنُواْ قَٰتِلُواْ ٱلَّذِينَ يَلُونَكُم مِّنَ ٱلۡكُفَّارِ وَلۡيَجِدُواْ فِيكُمۡ غِلۡظَةٗۚ وَٱعۡلَمُوٓاْ أَنَّ ٱللَّهَ مَعَ ٱلۡمُتَّقِينَ

123. O jullie die geloven! Bevecht diegenen van de ongelovigen die in jullie buurt zijn en laat hen hardheid in jullie vinden en weet dat Allah met degenen die godvrezend zijn. info
التفاسير:

external-link copy
124 : 9

وَإِذَا مَآ أُنزِلَتۡ سُورَةٞ فَمِنۡهُم مَّن يَقُولُ أَيُّكُمۡ زَادَتۡهُ هَٰذِهِۦٓ إِيمَٰنٗاۚ فَأَمَّا ٱلَّذِينَ ءَامَنُواْ فَزَادَتۡهُمۡ إِيمَٰنٗا وَهُمۡ يَسۡتَبۡشِرُونَ

124. En als er een soerah neerdaalt, zeggen sommigen van de hypocrieten: “Wie van jullie is hierdoor in zijn geloof gegroeid?” Voor degenen die geloven, bevordert het hun geloof en zij verheugen zich. info
التفاسير:

external-link copy
125 : 9

وَأَمَّا ٱلَّذِينَ فِي قُلُوبِهِم مَّرَضٞ فَزَادَتۡهُمۡ رِجۡسًا إِلَىٰ رِجۡسِهِمۡ وَمَاتُواْ وَهُمۡ كَٰفِرُونَ

125. Maar voor degenen in wiens harten er een ziekte is, zal het de achterdocht doen toenemen en de twijfel voor hun achterdocht, ongeloof en twijfel, en zij zullen als ongelovigen sterven. info
التفاسير:

external-link copy
126 : 9

أَوَلَا يَرَوۡنَ أَنَّهُمۡ يُفۡتَنُونَ فِي كُلِّ عَامٖ مَّرَّةً أَوۡ مَرَّتَيۡنِ ثُمَّ لَا يَتُوبُونَ وَلَا هُمۡ يَذَّكَّرُونَ

126. Zien zij niet dat zij ieder jaar één of twee keer worden beproefd? Toch hebben zij geen berouw, of trekken er lering uit. info
التفاسير:

external-link copy
127 : 9

وَإِذَا مَآ أُنزِلَتۡ سُورَةٞ نَّظَرَ بَعۡضُهُمۡ إِلَىٰ بَعۡضٍ هَلۡ يَرَىٰكُم مِّنۡ أَحَدٖ ثُمَّ ٱنصَرَفُواْۚ صَرَفَ ٱللَّهُ قُلُوبَهُم بِأَنَّهُمۡ قَوۡمٞ لَّا يَفۡقَهُونَ

127. En als er een soerah naar beneden komt, kijken zij elkaar aan (zeggende): “Ziet iemand jullie?” Zij keren zich af. Allah heeft hun harten afgewend, want zij zijn een volk dat niet begrijpt. info
التفاسير:

external-link copy
128 : 9

لَقَدۡ جَآءَكُمۡ رَسُولٞ مِّنۡ أَنفُسِكُمۡ عَزِيزٌ عَلَيۡهِ مَا عَنِتُّمۡ حَرِيصٌ عَلَيۡكُم بِٱلۡمُؤۡمِنِينَ رَءُوفٞ رَّحِيمٞ

128. Waarlijk, er is tot jullie een boodschapper gekomen uit jullie eigen (gemeenschap). Het bedroefd hem dat jullie een kwetsuur of een moeilijkheid zullen krijgen. Hij is bezorgd over jullie en voor de gelovigen is hij vol medelijden, vriendelijk en genadevol. info
التفاسير:

external-link copy
129 : 9

فَإِن تَوَلَّوۡاْ فَقُلۡ حَسۡبِيَ ٱللَّهُ لَآ إِلَٰهَ إِلَّا هُوَۖ عَلَيۡهِ تَوَكَّلۡتُۖ وَهُوَ رَبُّ ٱلۡعَرۡشِ ٱلۡعَظِيمِ

129. Maar als zij zich afkeren, zeg: “Allah is voor mij voldoende. Niemand heeft het recht om aanbeden te worden, behalve Hij, in Hem leg ik mijn vertrouwen en Hij is de Heer van de Almachtige Troon.” info
التفاسير: