আল-কোৰআনুল কাৰীমৰ অৰ্থানুবাদ - ডাচ অনুবাদ- মৰ্কজ ৰুওৱাদুত তাৰ্জামাহ

পৃষ্ঠা নং:close

external-link copy
12 : 19

يَٰيَحۡيَىٰ خُذِ ٱلۡكِتَٰبَ بِقُوَّةٖۖ وَءَاتَيۡنَٰهُ ٱلۡحُكۡمَ صَبِيّٗا

12. “O Yahya! Houd je stevig aan het Boek vast.” En Wij gaven hem wijsheid toen hij nog een kind was. info
التفاسير:

external-link copy
13 : 19

وَحَنَانٗا مِّن لَّدُنَّا وَزَكَوٰةٗۖ وَكَانَ تَقِيّٗا

13. En (maakte hem) geliefd bij de mensen als een gunst van Ons en zuiver van zonden en hij was rechtgeleid. info
التفاسير:

external-link copy
14 : 19

وَبَرَّۢا بِوَٰلِدَيۡهِ وَلَمۡ يَكُن جَبَّارًا عَصِيّٗا

14. En goed voor zijn ouders en hij was noch arrogant noch ongehoorzaam. info
التفاسير:

external-link copy
15 : 19

وَسَلَٰمٌ عَلَيۡهِ يَوۡمَ وُلِدَ وَيَوۡمَ يَمُوتُ وَيَوۡمَ يُبۡعَثُ حَيّٗا

15. En vrede zij met hem op de dag dat hij geboren was, de dag dat hij sterft en de dag dat hij weer tot leven wordt opgeroepen. info
التفاسير:

external-link copy
16 : 19

وَٱذۡكُرۡ فِي ٱلۡكِتَٰبِ مَرۡيَمَ إِذِ ٱنتَبَذَتۡ مِنۡ أَهۡلِهَا مَكَانٗا شَرۡقِيّٗا

16. En noem in het Boek (het verhaal van) Maryam, terwijl zij zich in afzondering van haar familie terugtrok op een plaats die naar het oosten gericht was. info
التفاسير:

external-link copy
17 : 19

فَٱتَّخَذَتۡ مِن دُونِهِمۡ حِجَابٗا فَأَرۡسَلۡنَآ إِلَيۡهَا رُوحَنَا فَتَمَثَّلَ لَهَا بَشَرٗا سَوِيّٗا

17. Zij plaatste een scherm (om zichzelf) van hen (af te schermen); toen stuurden Wij haar Onze engel Jibriel en hij verscheen voor haar in de vorm van man met al zijn uiterlijke kenmerken. info
التفاسير:

external-link copy
18 : 19

قَالَتۡ إِنِّيٓ أَعُوذُ بِٱلرَّحۡمَٰنِ مِنكَ إِن كُنتَ تَقِيّٗا

18. Zij zei: “Waarlijk! Ik zoek mijn toevlucht bij de meest Genadevolle (Allah) tegen jou, als je Allah inderdaad vreest.” info
التفاسير:

external-link copy
19 : 19

قَالَ إِنَّمَآ أَنَا۠ رَسُولُ رَبِّكِ لِأَهَبَ لَكِ غُلَٰمٗا زَكِيّٗا

19. (De engel) zei: “Ik ben slechts een boodschapper van jouw Heer (om) voor jou de gave van een rechtgeleide zoon (aan te kondigen).” info
التفاسير:

external-link copy
20 : 19

قَالَتۡ أَنَّىٰ يَكُونُ لِي غُلَٰمٞ وَلَمۡ يَمۡسَسۡنِي بَشَرٞ وَلَمۡ أَكُ بَغِيّٗا

20. Zij zei: “Hoe kan ik een zoon hebben wanneer geen man mij aangeraakt heeft of ik onkuis ben?” info
التفاسير:

external-link copy
21 : 19

قَالَ كَذَٰلِكِ قَالَ رَبُّكِ هُوَ عَلَيَّ هَيِّنٞۖ وَلِنَجۡعَلَهُۥٓ ءَايَةٗ لِّلنَّاسِ وَرَحۡمَةٗ مِّنَّاۚ وَكَانَ أَمۡرٗا مَّقۡضِيّٗا

21. Hij zei: “Zo (zal het zijn), jouw Heer zei: “Dat is gemakkelijk voor Mij: “En (Wij wensen) dat hij als een teken voor de mensheid wordt aangewezen en een genade van Ons en het is een zaak die (reeds) besloten is. info
التفاسير:

external-link copy
22 : 19

۞ فَحَمَلَتۡهُ فَٱنتَبَذَتۡ بِهِۦ مَكَانٗا قَصِيّٗا

22. Zo werd ze zwanger en zij trok zich terug naar een verre plaats. info
التفاسير:

external-link copy
23 : 19

فَأَجَآءَهَا ٱلۡمَخَاضُ إِلَىٰ جِذۡعِ ٱلنَّخۡلَةِ قَالَتۡ يَٰلَيۡتَنِي مِتُّ قَبۡلَ هَٰذَا وَكُنتُ نَسۡيٗا مَّنسِيّٗا

23. En de pijnen van de baring dreven haar naar de stam van een palmboom. Zij zei: “Ik wou dat ik hiervoor reeds gestorven was en dat ik totaal vergeten was en uit het gezicht!” info
التفاسير:

external-link copy
24 : 19

فَنَادَىٰهَا مِن تَحۡتِهَآ أَلَّا تَحۡزَنِي قَدۡ جَعَلَ رَبُّكِ تَحۡتَكِ سَرِيّٗا

24. Toen riep (de baby Isa) van onder haar, zeggende: “Treur niet! Jouw Heer heeft er voor gezorgd dat er een waterstroom onder jou loopt; info
التفاسير:

external-link copy
25 : 19

وَهُزِّيٓ إِلَيۡكِ بِجِذۡعِ ٱلنَّخۡلَةِ تُسَٰقِطۡ عَلَيۡكِ رُطَبٗا جَنِيّٗا

25. En schud de stam van de palmboom naar je toe, het zal verse rijpe dadels op jou laten vallen. info
التفاسير: